Vertegenwoordigers van verschillende organisaties werken mee aan het Platform Compressiehulpmiddelenzorg: Patiëntenvereniging NLNet, zorgverzekeraars, leveranciers, koepelorganisaties en beroepsverenigingen. Kees Stuyt is bestuurslid van de NVCZ, de Nederlandse Vereniging CompressieZorg, en heeft daar de portefeuille Opleidingen en Wetenschap en alle zaken die daarmee te maken hebben. Deze vereniging behartigt de belangen van alle bedrijven die actief zijn in de compressiehulpmiddelenzorg.
Kees: ‘De NVCZ zorgt ervoor dat het beroep goed op de kaart staat in Nederland. Dat het beroep de status krijgt die het verdient en de erkenning er is. Onze leden spelen een hele belangrijke rol in het compressiehulpmiddelenzorg-proces. Wij bepalen welk hulpmiddel geschikt is en verstrekken het medische hulpmiddel. We spelen een cruciale rol en daarom is het belangrijk dat we participeren. De dienstverlening van de NVCZ gaat ook over onderwijs: hoe kunnen we ervoor zorgen dat scholing in orde is en aansluit bij het beroepsprofiel dat we ontwikkeld hebben? Naast onze deelname aan het platform werken we samen met Zuyd Hogeschool, in het onderzoek naar aan- en uittrekhulpmiddelzorg [de Keuzehulp die naar aanleiding van dat onderzoek is gemaakt staat in de Hulpmiddelenwijzer van Vilans]. De NVCZ is een erkende partij in het veld. Als er bijvoorbeeld nieuwe richtlijnen worden geschreven door de vereniging van dermatologen, dan krijgen we een meeleestaak met de vraag of het klopt vanuit onze expertise. Daarnaast behartigen we natuurlijk de belangen van leden richting de zorgverzekeraars. We gaan de dialoog aan, waarbij we de knelpunten in de markt naar voren brengen. Dat kan ook in het platform.
Mijn portefeuille past goed bij het werk van het platform, bijvoorbeeld als het gaat om protocollering of wetenschappelijke benaderingen. Ik nam het stokje over van mijn voorgangers en begon bij het platform toen de module er al was. Nu kan ik mijn steentje bijdragen aan de uitbouw en de verdere ontwikkeling. Ik participeer in een aantal commissies. Daar formuleren we nieuwe zaken die ontwikkeld moeten worden. Ik was betrokken bij het gesprek of klasse 1 kousen vergoed kunnen worden en werk mee aan het herschrijven en onderhouden van de module. We maken nu een versie 1.1 met ook de dermatologen aan boord. Dat vind ik heel waardevol.
Ik ben gezond kritisch naar het platform. Natuurlijk zie ik de nut en de noodzaak, maar het moet wel praktisch blijven en niet te academisch worden. Ik vertegenwoordig de praktijk voor de NVCZ en heb zelf een bedrijf in deze markt. Dan mis ik nu nog weleens handvatten. Praktische informatie die nog verder gaat dan het omschrijven van de ideale hulpmiddelenzorg. Beleidsmakers hebben behoefte aan zo’n beschrijving. Bedrijven doen gewoon hun ding en hebben een praktische slag nodig.
Compressietherapeuten bepalen de keuze voor het hulpmiddel.
Compressietherapeuten meten en kiezen voor het meest adequate hulpmiddel voor een patiënt. Dat doen ze op basis van de diagnose die is gesteld door een arts of in sommige gevallen huidtherapeut of oedeemfysiotherapeut. Elke goede therapeut voert de dialoog met een patiënt. Dan weet je in grote lijnen wat objectief gezien het beste compressiehulpmiddel is. Dat weet je op basis van je expertise en kennis van de richtlijnen die er zijn. Het is de kunst om jouw keuze met een patiënt te bespreken en de patiënt te motiveren. Uiteindelijk is het natuurlijk wel de bedoeling dat het hulpmiddel gebruikt gaat worden. In sommige gevallen kan dat er toe leiden dat je gezamenlijk uiteindelijk misschien niet voor de beste oplossing, maar voor een oplossing waarvan je zeker weet dat iemand het ook echt gaat dragen. In 99% volg je als patiënt trouwens het advies, net als wanneer je naar de tandarts of huisarts gaat. Tegelijkertijd kunnen we patiënten ook mondiger maken door onze kennis te delen op het gebied van rechten en mogelijkheden. Omgekeerd mogen wij natuurlijk best aangesproken worden door een patiënt. Want je doet je werk voor de patiënt.
De NVCZ kan ervoor zorgen dat de rol van de compressietherapeut helder naar voren wordt gebracht in de module en in de processtappen. De module blijft een levend document dat stapsgewijs steeds beter en praktischer zal worden.’
Tekst: Babette Langbroek
Foto: Kees Stuyt