Mijn hoofdboodschap is dat ik hoop en wens dat er in Nederland meer platforms komen die op deze manier werken. Die voor soortgelijke systematiek bij elkaar te komen, gezamenlijk een standpunt innemen en dan een plan trekken. Ik denk dat we er geweldig in zijn geslaagd om dat voor elkaar te krijgen.
Jacques Duiven was tot vorig jaar platform-lid. Samen met Kim Smith (Zilveren Kruis) was hij contactpersoon voor de zorgverzekeraars. Hij werkte bovendien mee aan het onderzoek HASHTEK van Zuyd Hogeschool, een onderzoek naar aan- en uittrekhulpmiddelen. In dit interview laat Jacques zien hoe het samenwerken tussen heel verschillende doelgroepen binnen het platform zorgde voor mooie oplossingen.
Wat was jouw rol in het platform?
‘Kim en ik brachten vanuit het perspectief van de zorgverzekeraar onderwerpen in en deelden de activiteiten van het platform met de andere leden van Zorgverzekeraars Nederland (ZN). Die informatie kwam rechtstreeks van de bron, het platform met de zorgverleners en leveranciers. Door mijn deelname en de tijd die ik investeerde aan het platform kon CZ direct anticiperen op wijzigingen in denkbeelden en visie.
Ik vind het belangrijk, en daar ben ik enorm trots op, dat er zoveel openheid en veiligheid is in het platform.
Het is soms echt niet prettig om als zorgverzekeraar in het hol van de leeuw terecht te komen, maar dat heb ik hier totaal niet gevoeld. Natuurlijk begrepen we elkaar ook wel eens niet tijdens een discussie. Maar we wilden allemaal, gedreven door ons vak, iets betekenen voor mensen die compressiehulpmiddelen dragen. We hadden oprecht interesse in elkaar. Ook al verschilde de rol en de aanvliegroute van de andere stakeholders. Je wist hoe die andere stakeholders dachten, hoe een standpunt ontstond en probeerde steeds consensus te bereiken. Als zorgverlener, leverancier of zorgverzekeraar overzie je het hele speelveld niet. In het platform kon bijvoorbeeld Hanneke Hendrikse (lid van het platform) tegen mij zeggen: jij kijkt er zo naar als zorgverzekeraar, maar in de praktijk loopt het anders. We zijn er wonderwel goed in geslaagd om kloven, die er toch wel waren, te slechten. Er was een open sfeer en terechte waardering. Het resultaat is dat de module die we met elkaar maakten ook echt gedragen wordt.’
Kun je voorbeelden noemen van het samenwerken?
‘Een kleine groep mensen heeft een aandoening waarvoor alleen bepaalde compressiehulpmiddelen geschikt zijn. Als zorgverzekeraars redeneren we vanuit de bestaande richtlijnen en aanspraak van de gemiddelde Nederlander. De patiënt en het zorgveld hebben te maken met de vraag hoe er wel hulpmiddelen kunnen worden ingezet die noodzakelijk zijn voor de behandeling. Dan moet je als zorgverzekeraar bereid zijn om dusdanige stappen te zetten dat je die groep toch kunt helpen. Om tot een oplossing te komen en zorgverzekeraars ervan te overtuigen en het comfort te bieden dat het gaat om een relatief kleine groep, is het inzetten van expertise noodzakelijk. Hanneke Hendrikse gaf me de vakinhoudelijke informatie die ik nodig had. Pieter Slob gaf informatie over de zorgaanvragen en de respons van de zorgverzekeraar. De zorgverzekeraars keken naar de declaraties en de verzoeken voor een akkoordverklaring. Gezamenlijk kwamen we er achter dat het uiteindelijk om een uiterst beperkte groep patiënten ging, die met een gepersonaliseerde beoordeling de voorziening kon krijgen voor een optimale behandeling.
Een ander voorbeeld is het universele aanvraagformulier. Dit formulier kan bijdragen aan een versnelling van informatieoverdracht en daarmee de aanvraagprocedure. Maar het geeft ook inzicht in het de uitvoering van de zorg en ondersteunt het klinisch denken. Doordat alle zorgverzekeraars het formulier hanteren is er sprake van gelijk gerichtheid. Bij de samenstelling van het formulier waren meerdere stakeholders betrokken. Kim Smith verzorgde de tekst en de lay-out.
Het formulier was ook de oplossing voor een wens van vooral NLNet. Waarom duurde het zo lang voordat iemand compresssiehulpmiddelen kreeg?
Als zorgverzekeraars vonden we dat het sneller moest. Maar we wilden ook grip houden op de kosten. Hoe doe je dat allebei? Met één formulier dat voor alle stakeholders werkbaar is. Alleen al daarvoor is het platform ideaal.
En hoe kwam je bij het onderzoek naar de aan- en uittrekhulpmiddelen?
‘We zagen dat de aan- en uittrekmiddelen voor therapeutische elastische kousen of steunkousen (TEK) maar beperkt werden ingezet. Vanuit verwijzers werd er vooral aangestuurd op de inzet van thuiszorg op het moment dat een patiënt aangaf het niet zelfstandig te kunnen. In het begin is die ondersteuning prettig, maar op een gegeven moment belemmert het een patiënt in de bewegingsvrijheid. Je bent namelijk afhankelijk van de route en het tijdstip waarop de thuiszorgmedewerker bij je langskomt.
Zuyd Hogeschool pakte het op met het onderzoek HASHTEK en ik nam zitting in de Academische werkplaats van het onderzoek. Mijn betrokkenheid bij het platform hielp daar ook weer. Ik kende de voorgeschiedenis en als zorgverzekeraar en stakeholder kon ik meedenken. De ideeën van het platform kon ik delen. Zodat we niet twee verschillende routes zouden lopen.
Je bent gestopt, waarom?
‘Mijn functie bij CZ veranderde. Ik ben nu programmamanager zorginnovatie met de focus op het vergroten van de zelfredzaamheid en het optimaliseren van zelfmanagement voor mensen met een chronische aandoening. Wij noemen dat 0,5e lijnszorg. Daar past HASHTEK heel goed bij. Ik heb het platform met pijn in mijn hart losgelaten. Want ik was verknocht aan het onderwerp, de mensen, de energie en de veilige ambiance.’
Tekst: Babette Langbroek
Foto: Jacques Duiven